Terry Riley (1935)
G Song, 1980
De Californische componist Terry Riley (1935) lanceerde in 1962 met zijn revolutionaire klassieker “In C”, - de titel is een provocerende verwijzing naar de goeie ouwe tijd van tonale klanken -, een nieuwe muziek: de “minimal music”. In vakkringen werd het werk terstond als een nieuw vormconcept toegejuicht. De structuur berust op schakelingen van kleine notengroepjes (“patterns”), die, in een meervoudig gelaagde setting geplaatst, ad infinitum herhaald worden (repetitieve muziek). Onderweg ondergaan de patterns tergend langzaam minuscule wijzingingen. De invloed van “In C” horen we in muziek van Riley’s Amerikaanse tijdgenoten La Monte-Young, Steve Reich, Philip Glass, John Adams en in de muziek van de rockgroepen als “The Who”, “The soft Machine”, “Curved Air”, “Tangarine”.
Gefascineerd door de raga-muziek in Aziatische landen (eindeloze 1-stemmige vocale resp. Instrumentale improvisaties over een melodiepatroon) ondernam Riley reizen naar India. Van 1970 af wordt hij, tot aan diens dood in 1996, de trouwe metgezel van de legendarische ragazanger Pandit Pran Nath. Samen trekken zij op, de een zingend, de ander de tabla of tempura bespelend. Zo ontmoetten in Riley en Pandit Pran Nath de nieuwe Amerikaanse minimal music en de oude Indiase muziekcultuur elkaar, de laatste bevruchten op de eerste werkend. De toch al hypnotiserende werking van Riley’s muziek werd een voorhoede van de New Age beweging.